Weideseizoen2 800 500
← Terug

Zo bescherm je je dieren tijdens het weideseizoen tegen parasitaire infecties

10-05-2024

Weidebesmetting: de onzichtbare vijand

De mate waarin een weide besmet is met parasieten hangt af van verschillende factoren zoals weidebeheer, initiële besmetting en weersomstandigheden. Jaarlijks dezelfde behandeling toepassen heeft weinig zin. Om parasieten effectief te bestrijden, is het cruciaal om eerst de besmetting in kaart te brengen. Met de juiste gegevens kun je vervolgens gerichte maatregelen nemen om je dieren te beschermen tijdens het nieuwe weideseizoen.

Risico's tijdens het weideseizoen

Tijdens het weideseizoen lopen zowel volwassen runderen als jongvee risico op parasitaire infecties. De belangrijkste parasieten bij rundvee zijn maagdarmwormen, leverbot en longwormen. Besmetting kan leiden tot slechte groei, verminderde melkproductie en zelfs sterfte. Gelukkig zijn er verschillende onderzoeken beschikbaar om de besmetting op je bedrijf in kaart te brengen en gerichte maatregelen te nemen.

Tankmelkonderzoek: inzicht in de besmetting

Het onderzoeken van tankmelk biedt een eerste mogelijkheid om te bepalen in welke mate je dieren tijdens het vorige weideseizoen in contact kwamen met maagdarmwormen (Ostertagia ostertagi) en leverbot (Fasciola hepatica). Het 'Parasitair Profiel' analyseert de hoeveelheid antistoffen in de tankmelk. Voor maagdarmwormen is het opstallen het ideale moment voor deze test, terwijl het onderzoek voor leverbot het hele jaar door relevant is.

Bloedonderzoek: detectie van leverbot

Voor het detecteren van leverbotantistoffen is ook bloedonderzoek mogelijk, dat je het hele jaar kunt uitvoeren. Deze antistoffen zijn tot zes à zeven maanden na infectie aantoonbaar. Als meer dan drie op de tien onderzochte monsters positief testen, heeft de besmetting een economische impact en is behandeling zinvol.

Mestonderzoek: bevestiging van maagdarmwormen

Bij jongvee kan mestonderzoek worden ingezet om een besmetting met maagdarmwormen te bevestigen. Onderzoek mest van vijf kalveren en vraag altijd een telling van het aantal wormeitjes aan. Alle runderen komen in contact met maagdarmwormen, dus het is belangrijk te bepalen of de besmetting ernstig is. Dit onderzoek wordt idealiter in de eerste helft van het weideseizoen uitgevoerd, wanneer de volwassen wormen de meeste eitjes produceren.

Longwormen: hoesten als signaal

Een longwormuitbraak bij runderen gaat altijd gepaard met hoesten. Bij vermoeden van een longworminfectie kunnen mestmonsters worden onderzocht op de aanwezigheid van larven. Neem rectale mestmonsters van minstens 20 gram per dier en zorg dat ze snel in het labo zijn. De monsters mogen niet gepoold of ingevroren worden.

Ontwormen op maat

De verschillen in levenscyclus van parasieten en de invloed van weersomstandigheden maken dat een jaarlijkse herziening van de ontwormingsstrategie nodig is. Maak de bestrijding een vast onderdeel van je bedrijfsvoering en breng regelmatig de situatie op je bedrijf in kaart met de beschreven onderzoeken. Op basis van de resultaten stel je samen met je bedrijfsdierenarts een behandelplan op.

Effectief weidebeheer

Naast ontwormen helpt goed weidebeheer om schade door parasieten te beperken. Maaien van het gras creëert een minder gunstig klimaat voor parasieten. Zorg op natte weiden voor goede drainage en plaats drinkbakken in plaats van toegang tot poelen en beken, om contact met leverbotslakjes te voorkomen.

Hoe korter de jonge dieren op de weide staan, hoe lager het risico op besmetting. Regelmatig omweiden, bijvoorbeeld om de acht weken, helpt ook om de infectiedruk laag te houden. Voorkom besmetting met maagdarmwormen bij eerste-weideseizoensdieren door een preventief plan op te stellen met je dierenarts, waarbij je rekening houdt met resistentie tegen ontwormingsmiddelen.

Conclusie

Een effectief beheer van parasitaire infecties tijdens het weideseizoen vraagt om een strategische aanpak. Door regelmatig onderzoeken uit te voeren en het weidebeheer aan te passen, kun je je dieren beschermen en hun gezondheid optimaliseren. Samenwerking met je bedrijfsdierenarts is daarbij essentieel.